Die ik verliezen zal

Met enige vertraging hierbij nog mijn adventscolumn in het Reformatorisch Dagblad van 24 december 2023:

„Mijn moeder wilde me niet. Maar ze wilde me ook niet afstaan omdat ze er kinderbijslag voor kreeg.” Het zouden de beginzinnen van een roman kunnen zijn. Een uiterst treurige roman over een ongewenst kind, een meisje dat op haar elfde al aan mannen wordt gegeven. Nu al zullen er lezers zijn die deze roman niet willen lezen.

Maar het is geen roman. Het meisje is een oude vrouw met een verkreukeld gezicht en een grijze vlecht en een sigaret in haar magere, omzwachtelde hand: Suzannah. „Ik was zwanger. Ik baarde een kind. Mijn moeder pakte het kind en gooide het in een put”, vertelt ze in de documentaire ”Het wonder van Oirsbeek”. Suzannah woont met haar man Leon in een huurhuisje stampvol Christus- en Mariabeelden. Het wonder is dat die beelden soms spontaan gaan huilen – bloedtranen. Waarom ik hiernaar keek weet ik niet precies, want niet alleen als protestant, maar ook als weldenkend mens heb je een paar innerlijke hobbels te nemen. De suikerzoete, met bloed bedropen beelden, Leon die achter zijn typemachine woorden vastlegt die Maria aan Suzannah doorgeeft terwijl de sigarettenrook om hen heen kringelt. Een zonderling stel, nogal van het padje.

Maar als Suzannah vertelt hoe haar eerste man haar hoogzwanger kwam ophalen uit een blijf-van-mijn-lijfhuis, hoe hij haar thuisgekomen de stenen trap afschopte en aan haar haren weer naar boven sleepte, en dat ze toen naar het ziekenhuis moest en een misvormd meisje baarde dat nog een uur geleefd heeft –Evelien– kun je je voorstellen dat juist in dit huis iets gaat huilen om alle ellende van de wereld, want je doet het zelf ook. En je begrijpt waarom Suzannah zo veel met Maria heeft, waarom ze haar letterlijk dicht bij zich houdt. Maria was vertrouwd met schande. (Zou ik haar geloofd hebben als ze bij mij op de stoep stond?) Maria verloor haar Kind ook op een verschrikkelijke manier. „Hij is van mij, maar is de mijne niet/ Zoveel oneindig groter nog is deze die in mij is/ Die ik verliezen zal” (uit het prachtige gedicht ”Maria” van Rikkert Zuiderveld).

Kerstdagen kunnen moeilijk zijn voor Suzannahs. Voor mensen met pijn, voor mensen die iemand verloren, aan de dood of aan het leven, voor mensen die littekens dragen. Maar als je Kerst kaalplukt als een kalkoen, als je alle kitsch, lichtjes, versjes, etentjes, cadeautjes weghaalt, houd je een verhaal over. Een oud verhaal vol tranen. De waarheid ervan wordt alom in twijfel getrokken, maar we zijn niet gek. Maria’s tranen waren echt. Haar Kind stierf echt. Hij stond weer op. En Hij komt terug, wie weet hoe snel al. Laten we de lofzang zingen.

Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie