De Hovenier

20150407_132208

Zelfs binnen bloeit de magnolia. De maand is om. Het is alles gedaan: van het ene huis naar het andere. Het poëtische daarvan heb ik al in mijn laatste column neergelegd. Wat er verder tussenligt – in ieder geval een hele berg oud papier en ander huisvuil – dat is het oude dat voorbijgegaan is. Tijd voor het nieuwe, en een nieuw blog.

Misschien komt het doordat drie van de vier kinderen Stam in het voorjaar geboren zijn, maar ik vind een verhuizing belachelijk veel op een bevalling lijken. Je moet door iets heen dat je niet kunt overzien. Iets dat op zichzelf niet zo fijn is. Dan volgt er een ‘geboorte’: het grote is geschied. Vreugde. Maar ook: vermoeidheid, slapeloosheid, ontregeling. Pogingen om je ritme en alle leden van het gezin weer bij elkaar te rapen. En, op de gekste momenten, ‘kraambezoek’.

Ondertussen wordt het buiten stiekem voorjaar. Daar heb je lang geen oog voor (over). Maar ‘ baby’ of niet, ten langen leste gun je jezelf weer even een zonhalfuurtje, en ineens: zie! Het is er weer: de geuren, een waaier van heldere kleuren, het intense groen.

Dat het dan ook nog eens Pasen is, legt zo’n beleving wel onder een vergrootglas. We aten zondag buiten, in de grote zonovergoten universiteitstuin achter ons huis, die we zomaar lenen mogen. Waar alles met wilde bewegingen aan het uitlopen is, en twee citroenvlinders om onze hoofden fladderden.

Ik denk dat het hier begon, het denken aan de paasgedichten van Ida Gerhardt. Dit is de dag waarop de arbeid rust. De handpalm is geopend naar het licht.

Gisteren gunden we ons zelfs een fietstochtje, over Kampereiland. Dat is wel geen Zalk, zoals in Ida’s gedicht, maar je hebt er dezelfde IJsselse Voermanluchten. En een zondags getooid kindje dat je stralend aankijkt.

20150406_163502

’s Avonds zocht ik haar andere Paasgedicht op, met het bijbehorende schilderij van Rembrandt.

CHRISTUS ALS HOVENIER

Zij dacht dat het de hovenier was. Joh. 20:15

Eén Rembrandt kende als kind ik goed:
de Christus met de grote hoed
wandelend in de ochtendstond.
En, naar erbij geschreven stond:
Hij was de hovenier.

En nòg laat ik mijn tranen gaan
als in de gaarde ik Hem zie staan,
en – wat terzijde – in stille schrik
die éne, zij die dacht als ik:
Het was de hovenier.

O kinderdroom van groen en goud —
géén die ontnam wat ik behoud.
De laatste hoven naderen schier
en ijler wordt de ochtend hier.

Hij is de hovenier.

Ik dacht erover na wat het precies geweest moet zijn, die kinderdroom die niemand haar kon ontnemen. Dit moet het geweest zijn: het horen noemen van haar naam, door Hem. Het zich kunnen identificeren met die éne, zij die dacht als ik. Het gedicht is een geloofservaring. Als Hij nog steeds de Hovenier is, is Gerhardt zoveel jaren later nog steeds Maria Magdalena. Met alle gevoelens en verlangens die daarbij horen.

Zeven maal om de aarde gaan,

als het zou moeten op handen en voeten;
zevenmaal om die éne te groeten
die daar lachend te wachten zou staan.
Zeven maal om de aarde gaan.

Zeven maal over de zeeën te gaan,
schraal in de kleren, wat zou het mij deren,
kon uit de dood ik die éne doen keren.
Zeven maal over de zeeën te gaan –
zeven maal, om met zijn tweeën te staan.

noli-me-tangere-1442

Zie hoe Fra Angelico hier de schop van de ‘Hovenier’ kunstig verstopt heeft achter Zijn halo…

Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink .

3 Responses to De Hovenier

  1. Niek Stam's avatar Niek Stam schreef:

    Hee Gristinne Wauw mooi, dat schilderij !! Echt een zeer bijzondere tijdvak is dat.

    Ik was ooit in de Italiaanse stad Cortona argeloos het lokale museum binnengelopen (we spreken juni 1996, lang voordat mevrouw Frances Mayes de stad verpestte met hordes Amerikanen, dankzij haar romantische boekje (a house in tuscany)) Daarbinnen sloeg ik een bochtje om en stond oog in oog met l’Annunciazione: De aankondiging, van dezelfde Fra (in Italie noemen ze hem Beato Angelico, niet vies van superlatieven, de gezegende ongetwijfeld, en dan nog wat moois). Over religieuze ervaringen gesproken: mn bakkes viel open. Hoe moet dat in die tijd geweest zijn!? Ik kon me ineens de idee over beelden voor de leken veel beter voorstellen. Zie: http://www.gliscritti.it/blog/images/2012-12/beato-angelico-cortona.jpg

    Ik kende het schilderij alleen uit de boeken, en er dan ineens voor te staan als blode knaap van 18…. Ik begrijp nu waarom sommige toeristen in Rome vroeger bevangen werden door katzwijm, vanwege al het cultuurschoon (een bekend fenomeen vroeger, dat nu haast niet meer voorkomt ivm de moderne meeedia).

    Anyway, dat even in de categorie ‘zo heb ik…’

    Zien we jullie wellicht un zaterdag nog? groetjes

    Like

    • stamvangent's avatar stamvangent schreef:

      Ha Niekje,
      Dat wil ik nou ook nog eens: oog in oog staan met een werk van Broeder de Engelachtige. (En in zwijm vallen, met een vanger naast me)
      Ja, het is een bijzonder tijdvak, maar daarbinnen is Fra ook wel weer zeer bijzonder. Het realistische en ruimtelijke is echt vroege Renaissance, maar die zachte, tedere, devote figuren dan weer niet, volgens mij. Je zou er meer ‘kiek-mien-dan’ types verwachten.
      En, het bewijst toch maar weer de kracht van de schilderkunst dat zelfs de bakkes van door moderne meeeedia aangetasten erbij open valt!

      Ja, wij hopen er zaterdag te zijn! (als het huis ons wil loslaten)

      Like

  2. Cestbiencovitz's avatar Cestbiencovitz schreef:

    Twee gedichten van Willem de Mérode over de Hovenier.

    De boom:

    God gaat Uw snoeimes weder hakken,
    Nu ’t sap al driftig in mij stijgt?
    Heb ik dan zooveel wilde takken,
    Wier weeldrigheid mijn vrucht bedreigt?

    Hoe wordt mijn schoone kroon geschonden!
    Wreed kerft Gij door mijn zachte schil!
    Gril blinken óveral mijn wonden!
    Ik sidder om mijn levens wil!

    De hovenier:

    Zou Ik mij dan om dóód hout moeien?
    Dat gaat bij vrachten in het vuur.
    Wat lijdt, lééft! En dat wil Ik snoeien!
    En léven komt geen leed te duur!

    Like

Geef een reactie op Niek Stam Reactie annuleren